Naar inhoud springen

Leeds United FC

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Leeds United AFC)
Leeds United FC
Leeds United FC
Naam Leeds United Football Club
Opgericht 17 oktober 1919
Plaats Leeds
Stadion Elland Road
Capaciteit 37.608
Voorzitter Vlag van Verenigde Staten Paraag Marathe
Eigenaar Vlag van Verenigde Staten San Francisco 49ers (meerderheid)
Vlag van Oostenrijk Red Bull (minderheid)[1]
Algemeen directeur Vlag van Engeland Angus Kinnear
Technisch directeur Vlag van IJsland Grétar Steinsson
Trainer Vlag van Duitsland Daniel Farke
(Hoofd)sponsor Red Bull
Kledingmerk Adidas
Competitie EFL Championship
Website Officiële website
Thuis
Uit
Geldig voor 2024/25
Portaal  Portaalicoon   Voetbal

Leeds United FC is een Engelse professionele voetbalclub uit Leeds, West Yorkshire. De club is opgericht in 1919 na de opheffing van Leeds City FC en speelt zijn wedstrijden op Elland Road. Ze spelen in het Championship, de op een na hoogste klasse van het Engels voetbalsysteem.

Leeds City Football Club werd opgericht in 1904 en wordt beschouwd als de voorloper van de huidige club. Al in oktober 1904 begon Leeds City op Elland Road te spelen, waar tot op de dag van vandaag ook haar opvolger actief is. Dit was het voormalige onderkomen van een opgedoekt rugbyteam. Toen de Second Division van de Football League in 1905 werd uitgebreid naar twintig deelnemende clubs werd Leeds City toegelaten, samen met onder meer Chelsea. Leeds was tot dat moment de grootste Engelse stad zonder professioneel voetbalteam.

In april 1912 werd Herbert Chapman aangesteld als trainer. Chapman bleef aan tot 1919 maar wist geen successen te behalen, iets wat hem later bij Huddersfield Town en Arsenal wel lukte. Een teleurgestelde oud-speler, Charlie Copeland, diende een klacht in bij de Football League over illegale betalingen aan spelers tijdens de Eerste Wereldoorlog. Hoewel er geen bewijs werd gevonden, werd Leeds City gestraft door middel van ontbinding. Port Vale nam de plaats in van Leeds City in de Second Division. Op een veiling werden alle activa van de club geveild.

Vlak nadat Leeds City werd ontbonden werd er een nieuwe club opgericht; Leeds United Football Club. Zij gingen deelnemen aan de Midland League en kochten voor 250 pond Elland Road terug van Yorkshire Amateurs AFC, wat het stadion eerder had aangekocht tijdens de opheffingsveiling van Leeds City. Huddersfield Town-voorzitter Hilton Crowther besloot zijn aandacht en vermogen te verleggen naar Leeds United en leende de club 35 duizend pond, die pas hoefde te worden terugbetaald na promotie naar de First Division. Crowther was voorzitter van Leeds United van 1919 tot 1924.

Football League deelname

[bewerken | brontekst bewerken]

Op 31 mei 1920 werd Leeds United officieel toegelaten tot de Football League. In de beginjaren bouwde de club gestaag aan succes in de Second Division. In 1924 wist Leeds United voor het eerst in haar bestaan te promoveren naar het hoogste niveau. Echter duurde het verblijf in de First Division slechts drie seizoenen, waarna hoofdtrainer Arthur Fairclough besloot te vertrekken. Onder leiding van de teruggekeerde Dick Ray, die aanbleef tot 5 maart 1935, promoveerde en degradeerde de club tweemaal. Bij zijn vertrek was Leeds United actief in de First Division, waarin het tot net na de Tweede Wereldoorlog actief was toen het onder diens opvolger Billy Hampson in 1947 degradeerde.

Leeds United nam deel aan de Second Division tot 1956 toen ze opnieuw promoveerde naar de First Division, geleid door sterspeler John Charles. Charles had grote ambities, maar hoofdtrainer Raich Carter slaagde er niet in deze te ondersteunen. Hierop werd Charles voor 65 duizend pond verkocht aan het Italiaanse Juventus, destijds een wereldrecord. Als gevolg van het verlies van de bepalende speler werden de resultaten van het team slechter en dat resulteerde in een degradatie in 1960.

Prijzenpakker

[bewerken | brontekst bewerken]

In maart 1961 werd voormalig speler Don Revie aangesteld als trainer. Bij zijn aantrede kende de club financiële moeilijkheden en wisten ze zich pas op de laatste speeldag te handhaven in de Second Division. Revie implementeerde een jeugdplan en veranderde de tenue kleuren in volledig wit, naar voorbeeld van Real Madrid. Hij leidde het team terug naar de First Division door in 1963/64 kampioen te worden op het tweede niveau.

Bij haar terugkeer op het hoogste niveau behaalde Leeds United het beste resultaat in de clubgeschiedenis tot dat moment. Het eindigde namelijk als tweede in de First Division, achter rivaal Manchester United, en behaalde het voor de eerste keer de FA Cup-finale. Deze finale werd na verlenging met 2-1 verloren van Liverpool. Het daaropvolgende seizoen eindigde Leeds United wederom als tweede in de competitie. Daarnaast nam het deel aan de Jaarbeursstedenbeker, waarin het in de halve finales werd uitgeschakeld door Real Zaragoza. In 1967 en 1968 eindigde The Whites als vierde. In 1968 werden ook de eerste hoofdprijzen gewonnen toen beslag werd gelegd op de League Cup en de Jaarbeursstedenbeker.

Nadat er nationale en internationale bekers gewonnen waren besloot Revie de focus te leggen op de nationale competitie. Toen concurrent Liverpool op Anfield op een 0-0 gelijkspel werd gehouden was het team verzekerd van haar eerste landskampioenschap. Aanvoerder Billy Bremer was in deze jaren van onschatbare waarde voor de ploeg, evenals Terry Cooper en Mick Jones. Het team zette dat kampioensjaar een aantal records neer, waaronder meeste punten (67), meeste overwinningen (27), minste nederlagen (2) en meeste thuispunten (39). Een nog altijd staand clubrecord is een reeks van 34 wedstrijden op rij die niet werden verloren.

In 1969/70 werd er een poging gedaan een treble te bewerkstelligen. Echter ging het op alle drie de fronten uiteindelijk mis voor de club. Het eindigde in de First Division achter Everton, verloor de FA Cup-finale van Chelsea en werd in de halve finale van de Europacup I uitgeschakeld door Celtic. Ook in de jaren die volgde lukte het telkens net niet een prijs te winnen, wat Leeds United langzaam de reputatie begon te geven dat wordt gekenmerkt door onderpresteren. Het team, dat op het hoogtepunt in 1970 bestond uit zeventien internationals kwam namelijk vaak dicht bij succes, om vervolgens het dan net niet te halen. In 1972 werd er nog wel een FA Cup gewonnen.

Nadat Revie opnieuw de avances van andere clubs had afgewezen in de zomer van 1973 leidde hij het team dat seizoen naar een nieuwe landstitel. Met een voorsprong van vijf punten eindigde het op de eerste plaats voor Liverpool. Na afloop van het seizoen besloot Revie aan de slag te gaan als bondscoach van Engeland.

Leeds United verraste iedereen door een uitgesproken criticus van Revie's werk, Brian Clough, aan te stellen als zijn opvolger. Zijn dienstverband bij de club begon uitermate slecht. In de strijd om het Charity Shield werden Billy Bremner en Kevin Keegan van het veld gestuurd wegens vechten en verloor de ploeg uiteindelijk na strafschoppen van Liverpool. Nadat ook de competitieresultaten tegenvielen werd besloten na slechts 44 dagen al afscheid te nemen van Clough.

Voormalig Engeland-aanvoerder Jimmy Armfield trad aan als zijn vervanger. Armfield begeleidde het verouderde team naar de Europacup I-finale van 1975 die werd verloren van Bayern München. Hoewel een verjongd team haar positie in de First Division wist te behouden kon Leeds United de resultaten onder Revie niet te evenaren. Het uitblijven van succes zorgde ervoor dat het bestuur besloot in te grijpen en Jock Stein aanstelde als hoofdtrainer. Ook Stein vertrok na slechts 44 dagen om bondscoach van Schotland te worden. Ook Jimmy Adamson en Allan Clarke wisten de resultaten niet te verbeteren, waarna degradatie volgde in 1982.

Met het gebrek aan financiële slagkracht om het team te versterken concentreerde hoofdtrainer Eddie Gray zich op de ontwikkeling van jeugdspelers. Hij slaagde er echter niet in om promotie te bewerkstelligen. Voormalig sterspeler Billy Bremner moest het tij keren en hoewel Leeds United onder zijn leiding de play-offs bereikte, slaagde ook hij niet in de missie om terug te keren op het hoogste niveau.

Premier League-voetbal

[bewerken | brontekst bewerken]

In oktober 1988, met Leeds United op de 21e plaats in de Second Division, werd Howard Wilkinson aangetrokken als hoofdtrainer. Hij kreeg meer geld om te spenderen om promotie af te dwingen. Onder zijn leiding wist het team degradatie te ontlopen en werd het team in maart 1989 versterkt met Gordon Strachan, die overkwam van Manchester United voor 300 duizend pond. De Schotse middenvelder, die direct werd benoemd tot aanvoerder, hielp Leeds United naar de titel op het tweede niveau te leidden.

In het eerste seizoen terug in de hoogste divisie eindigde Leeds United als vierde. Het bestuur stelde Wilkinson daarom nog meer geld ter beschikking en onder meer Éric Cantona en Tony Dorigo kwamen de club versterken. Dit resulteerde in 1992 in een nieuwe landstitel, waarbij het ernaar uit zag dat de club weer een belangrijke factor in het Engelse voetbal zou worden. Lee Chapman was een bepalende speler in het successeizoen 1991/1992. Chapman scoorde zestien doelpunten waarvan twee hattricks. Zijn aanvalspartner Rod Wallace, die zeven seizoenen voor de club uitkwam, scoorde elf doelpunten.

Selectie van Leeds United in het seizoen 1991/1992, anno 2024 de laatste keer dat de club landskampioen werd
Nationaliteit Naam
Doel
Vlag van Engeland John Lukic
Vlag van Engeland Mervyn Day
Verdediging
Vlag van Engeland Rob Bowman
Vlag van Engeland Tony Dorigo
Vlag van Engeland Chris Fairclough
Vlag van Ierland Gary Kelly
Vlag van Malta Dylan Kerr
Vlag van Noord-Ierland John McClelland
Vlag van Engeland Jon Newsome
Vlag van Engeland Mel Sterland
Vlag van Engeland Ray Wallace
Vlag van Engeland Mike Whitlow[a]
Vlag van Engeland David Wetherall
Vlag van Engeland Chris Whyte
Middenveld
Vlag van Engeland David Batty
Vlag van Engeland Simon Grayson[b]
Vlag van Engeland Steve Hodge
Vlag van Engeland Chris Kamara[c]
Vlag van Schotland Gary McAllister
Vlag van Engeland Scott Sellars
Vlag van Engeland Glynn Snodin
Vlag van Wales Gary Speed
Vlag van Schotland Gordon Strachan Aanvoerder
Vlag van Engeland Mark Tinkler
Vlag van Engeland Andy Williams[d]
Aanval
Vlag van Engeland Tony Agana[e]
Vlag van Frankrijk Éric Cantona[f]
Vlag van Engeland Lee Chapman
Vlag van Engeland Bobby Davison
Vlag van Engeland Carl Shutt
Vlag van Engeland Imre Varadi
Vlag van Engeland Rod Wallace
Vlag van Engeland Noel Whelan
  1. Whitlow vertrok in maart 1992.
  2. Grayson vertrok in maart 1992.
  3. Kamara vertrok in november 1991.
  4. Williams vertrok in februari 1992.
  5. Agana werd gehuurd van Notts County.
  6. Cantona vanaf februari 1992.
Opstelling van Leeds United met spelers die het meest gebruikt werden door Howard Wilkinson tijdens het seizoen 1991/1992.

Echter betekende het nieuwe zilverwerk geen startsignaal van een nieuwe succesperiode. Zo eindigde het seizoen na de landstitel als zeventiende in de nieuwe Premier League. In de jaren daarna behaalde Leeds United tweemaal de vijfde plaats en een dertiende plaats. Gary Speed en David Batty vertrokken en ondanks het aantrekken van onder anderen Lee Bowyer en Nigel Martyn ging het niet beter. Toen er in 1996/97 met 0-4 werd verloren van Manchester United werd er afscheid genomen van Wilkinson.

George Graham volgde Wilkinson op. Onder anderen Jimmy Floyd Hasselbaink en Harry Kewell maakten naam in de tijd onder Graham, maar die vertrok naar Tottenham Hotspur. Onder diens opvolger, David O'Leary, leek het weer beter te gaan met Leeds United. Talentvolle spelers als Jonathan Woodgate braken door. Zo eindigde het nooit buiten de top vijf in de Premier League en kwalificeerde het zich voor de UEFA Cup en Champions League, waarin ze reikten tot de halve finales.

Financiële problemen

[bewerken | brontekst bewerken]

Om het echte succes dan toch te behalen werd er veel geld uitgegeven en werden er grote leningen uitgegeven door voorzitter Peter Ridsdale. De financiële impuls resulteerde niet in kwalificatie voor de Champions League, waardoor de club niet voldoende geld binnenkreeg om de leningen terug te betalen. Het eerste signaal van financiële problemen voor Leeds United tekende zich af toen Rio Ferdinand voor dertig miljoen pond werd verkocht aan rivaal Manchester United. Ridsdale en hoofdtrainer O'Leary raakte in onmin met elkaar, wat resulteerde in het ontslag van O'Leary. Terry Venables tekende in de zomer van 2002 als hoofdtrainer van Leeds United. De resultaten bleven slecht en meer spelers moesten verkocht worden om de leningen af te betalen. Ook diens opvolgers wisten niet te voorkomen dat Leeds United uiteindelijk degradeerde naar het Championship in 2004.

In 2005 kocht Ken Bates, eerder eigenaar van Chelsea, vijftig procent van de aandelen van Leeds United. Een nieuwe impuls gaf dit echter niet aan de club die steeds verder afgleed. Op 28 april 2007 volgde er zelfs degradatie naar de League One.

Enkele weken later, op 20 juli 2007, werd bekend dat de spelers al zes weken geen salaris meer hadden ontvangen en dat de schuldenlast van de club was opgelopen tot rond de 100 miljoen euro.[2] Door de financiële problemen kreeg Leeds United vijftien punten aftrek. Dit maakte de club meteen goed door de eerste dertien wedstrijden ongeslagen te blijven. Na een wat mindere periode halverwege het seizoen leek promotie ver weg. Desalniettemin plaatste het zich wel voor de play-offs. Het reikte tot de finale, maar daarin was Doncaster Rovers te sterk.

Het seizoen 2008/09 begint onder leiding van Gary McAllister goed voor Leeds United, maar valt daarna, voornamelijk vanwege slechte resultaten in uitwedstrijden, even terug. Begin november stond de ploeg op de tweede plaats, maar door het afzakken tot de negende positie op de ranglijst besloot de club afscheid te nemen van McAllister. Zijn opvolger Simon Grayson begeleidde eerder Blackpool met succes naar het Championship. Ook bij Leeds United lukt hem dit uiteindelijk. In zijn eerste volledige seizoen, 2009/10, wist het team als tweede te eindigen waardoor het een directe promotie naar het Championship had behaald. Hiervoor moest op de laatste speeldag van Bristol Rovers gewonnen worden. De wedstrijd in een uitverkocht Elland Road eindigde in een 2-1 overwinning voor The Whites.

Op Eerste kerstdag 2010 stond Leeds United op de tweede plaats in de competitie, maar eindigde dat seizoen als zevende waardoor het op een haar na de play-offs om promotie naar de Premier League mistte. In mei 2011 werd bekend dat Ken Bates de club volledig in handen had gekregen. Op 1 februari 2012 werd Grayson de laan uit gestuurd, hij werd verantwoordelijk gehouden voor het uitblijven van perspectief op promotie. Enkele dagen later werd Neil Warnock aangesteld als zijn opvolger. Hij leidde de club in het seizoen 2011/12 naar een teleurstellende veertiende plaats.

In november 2012 werd bekend dat de club opnieuw van eigenaar zou wisselen als in december van dat jaar GFH Capital Limited, een investeringsmaatschappij uit Dubai, alle aandelen van Leeds United in handen zou krijgen. Ondanks de overname en de financiële slagkracht kende het team een middelmatig seizoen waarin het op de dertiende plaats eindigde. Zes wedstrijden voor het einde van het seizoen vertrok Warnock alweer. In de zomer van 2013 besloot voorzitter en voormalig eigenaar, Ken Bates, de club te verlaten na een conflict over bestedingen.

Eleonora Sport

[bewerken | brontekst bewerken]

Leeds United begon het seizoen 2013/14, met Brian McDermott aan het roer, wisselvallig. In januari 2014 probeerde een groep investeerders, onder de naam Sport Capital, 75 procent van de aandelen in handen te krijgen. Deze overname ketste echter af doordat enkele investeerders onvoldoende financiële steun konden garanderen. Een maand later kwam het alsnog tot een overname toen Eleonora Sport Limited, eigendom van de Italiaanse-ondernemer Massimo Cellino, 75 procent van de aandelen overnam. Cellino werd echter verdacht van belastingontduiking, waarop de English Football League besloot de overname on hold te zetten. Dit resulteerde erin dat Leeds United in maart 2014 de salarissen niet meer kon betalen. In april 2014 verwierp de Queen's Counsel het besluit van de Football League, waardoor de overname op 10 april 2014 alsnog rond werd gemaakt. Het team eindigde dat roerige seizoen op een teleurstellende vijftiende plaats, waarna trainer McDermott besloot te vertrekken.

De onervaren Dave Hockaday werd binnengehaald als hoofdtrainer, maar hij wist het slechts zeventig dagen vol te houden. Diens opvolger hield het ook niet erg lang vol, want die werd na een maand alweer ontslagen door Cellino. Het seizoen 2014/15 eindigde voor Leeds United opnieuw op een vijftiende plaats op de ranglijst.

Clubeigenaar Cellino werd geschorst naar aanleiding van een rechtszaak in Italië om belastingontduiking, waarbij hij aankondigde niet terug te keren bij Leeds United na zijn schorsing. Op 30 oktober 2015 bereikte Cellino een principe akkoord met Leeds Fans United voor de verkoop van een meerderheidsaandeel in de club. Toen hem werd gevraagd zich wettelijk te verbinden aan een exclusiviteitsperiode om het due diligence-onderzoek te laten beginnen, deed hij afstand.

Andrea Radrizzani

[bewerken | brontekst bewerken]

Op 2 juni 2016 werd Garry Monk aangesteld als hoofdtrainer. Onder zijn leiding verbeterde de resultaten van het team. Het liep wel deelname aan de play-offs mis doordat het uiteindelijk als zevende eindigde. Buiten het veld bleef het onrustig rond Leeds United. Opnieuw werd er van eigenaar gewisseld toen Andrea Radrizzani vijftig procent van de aandelen overnam van zijn landgenoot Cellino. In mei 2017 volgde een volledige overname van het complete aandelenpakket door Radrizzani.

Voormalig Spaans-international Thomas Christiansen werd aangetrokken als opvolger van de opgestapte Monk. Dit werd gevolgd door de overname van Elland Road en van Leeds United Ladies, waardoor beide voetbaltakken weer onder een organisatie vielen. Na een slechte reeks resultaten werd er in februari 2018 afscheid genomen van de Spaanse hoofdtrainer. Paul Heckingbottom leidde het team uiteindelijk naar de dertiende plaats.

De Argentijnse Marcelo Bielsa werd op 15 juni 2018 aangekondigd als trainer van Leeds United. Onder El Loco kende het team een indrukwekkende start waarin het samen met Norwich City lange tijd de bovenste twee posities op de ranglijst bezette. Echter dwong een slechte reeks aan het einde van het seizoen Leeds United deel te nemen aan de play-offs. Hierin was Derby County in de eerste ronde direct te sterk. Een jaar later lukte het Bielsa wel het team naar de Premier League te leiden door kampioen te worden in het Championship. Hierdoor keerde de club na zestien seizoenen terug op het hoogste niveau.

In haar eerste seizoen terug in de Premier League wist het team een eindklassering in het linkerrijtje te bewerkstelligen. Het daaropvolgende seizoen verliep minder succesvol en resulteerde in het ontslag van Bielsa in februari 2022. De Amerikaan Jesse Marsch volgde hem op en wist de club te behouden voor de Premier League. Een jaar na zijn aanstelling werd Marsch op straat gezet door Leeds United toen het opnieuw in de degradatiezone bivakkeerde. Ook Javi Gracia kon het tij niet keren, waardoor de club nog een poging waagde degradatie te ontlopen met Sam Allardyce aan het roer tijdens de laatste wedstrijden van het seizoen. Dit had echter niet het gewenste resultaat.

49ers Enterprises

[bewerken | brontekst bewerken]

Terug in het Championship besloot Leeds United niet verder te gaan met Allardyce. Daniel Farke, voormalig trainer van Norwich City, werd aangesteld als zijn opvolger. Farke wist tweemaal het Championship te winnen met The Canaries. Een titel die hij ook met Leeds United moest gaan behalen. Op 18 juli 2023 werd bekendgemaakt dat 49ers Enterprises, het bedrijf achter de NFL-club San Francisco 49ers, alle aandelen van Radrizzani zou overnemen. 49ers Enterprises had zich reeds in mei 2018 ingekocht en bezat 44 procent van de aandelen en nam de resterende 56 procent over van de Italiaanse zakenman.

Het team van Farke begon matig aan het seizoen 2023/24, maar klom gestaag op richting de top drie. Het streed met Leicester City en Ipswich Town om directe promotie, maar Leeds United eindigde uiteindelijk op een play-off plaats. Het versloeg Norwich City in de halve finale, maar op Wembley werd met 0-1 verloren van Russell Martin's Southampton. Na afloop van het seizoen werd bekend dat Red Bull zich had ingekocht bij de club en vanaf het seizoen 2024/25 tevens als shirtsponsor zou fungeren.[3][4] Hiermee kreeg het Oostenrijkse concern na Red Bull Salzburg, New York Red Bulls en RB Leipzig opnieuw een (deel van een) voetbalclub in handen.[1] Leeds United zou het huidige logo en de clubkleuren behouden en zich wat dat betreft niet aanpassen aan de andere Red Bull-clubs.

Competitie Aantal Jaren
Internationaal
Jaarbeursstedenbeker 2x 1968, 1971
Nationaal
Football League First Division 3x 1969, 1974, 1992
FA Cup 1x 1972
Football League Cup 1x 1968
FA Charity Shield 2x 1969, 1992
Football League Championship 1x 2020
Football League Second Division 3x 1924, 1964, 1990
De East Stand van Elland Road
Zie Elland Road voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Elland Road is sinds de oprichting van Leeds United, en diens voorganger Leeds City, de thuisbasis van de club. Anno 2024 biedt het plaats aan 37.608 toeschouwers. Oud-aanvoerder Billy Bremner en voormalig succestrainer Don Revie kregen een standbeeld voor het stadion.

Overzichtslijsten

[bewerken | brontekst bewerken]

Competitieresultaten sinds 1947

[bewerken | brontekst bewerken]
  • 1947 22e
    First Division
  • 1948 18e
    Second Division
  • 1949 15e
    Second Division
  • 1950 5e
    Second Division
  • 1951 5e
    Second Division
  • 1952 6e
    Second Division
  • 1953 10e
    Second Division
  • 1954 10e
    Second Division
  • 1955 4e
    Second Division
  • 1956 2e
    Second Division
  • 1957 8e
    First Division
  • 1958 17e
    First Division
  • 1959 15e
    First Division
  • 1960 21e
    First Division
  • 1961 14e
    Second Division
  • 1962 19e
    Second Division
  • 1963 5e
    Second Division
  • 1964 1e
    Second Division
  • 1965 2e
    First Division
  • 1966 2e
    First Division
  • 1967 4e
    First Division
  • 1968 4e
    First Division
  • 1969 1e
    First Division
  • 1970 2e
    First Division
  • 1971 2e
    First Division
  • 1972 2e
    First Division
  • 1973 3e
    First Division
  • 1974 1e
    First Division
  • 1975 9e
    First Division
  • 1976 5e
    First Division
  • 1977 10e
    First Division
  • 1978 9e
    First Division
  • 1979 5e
    First Division
  • 1980 11e
    First Division
  • 1981 9e
    First Division
  • 1982 20e
    First Division
  • 1983 8e
    Second Division
  • 1984 10e
    Second Division
  • 1985 7e
    Second Division
  • 1986 14e
    Second Division
  • 1987 4e
    Second Division
  • 1988 7e
    Second Division
  • 1989 10e
    Second Division
  • 1990 1e
    Second Division
  • 1991 4e
    First Division
  • 1992 1e
    First Division
  • 1993 17e
    Premier League
  • 1994 5e
    Premier League
  • 1995 5e
    Premier League
  • 1996 13e
    Premier League
  • 1997 11e
    Premier League
  • 1998 5e
    Premier League
  • 1999 4e
    Premier League
  • 2000 3e
    Premier League
  • 2001 4e
    Premier League
  • 2002 5e
    Premier League
  • 2003 15e
    Premier League
  • 2004 19e
    Premier League
  • 2005 14e
    Championship
  • 2006 5e
    Championship
  • 2007 24e
    Championship
  • 2008 5e
    League One
  • 2009 4e
    League One
  • 2010 2e
    League One
  • 2011 7e
    Championship
  • 2012 14e
    Championship
  • 2013 13e
    Championship
  • 2014 15e
    Championship
  • 2015 15e
    Championship
  • 2016 13e
    Championship
  • 2017 7e
    Championship
  • 2018 13e
    Championship
  • 2019 3e
    Championship
  • 2020 1e
    Championship
  • 2021 9e
    Premier League
  • 2022 17e
    Premier League
  • 2023 19e
    Premier League
  • 2024 3e
    Championship

In 1992 invoering van de Premier League en opheffing van de Fourth Division; in 2004 opheffing van de First, Second en Third Division.

Seizoensresultaten sinds 1981

[bewerken | brontekst bewerken]
Seizoensresultaten 1980-heden
Seizoen Clubs Divisie Duels Winst Gelijk Verlies Doelsaldo Punten Tsch
1980–1981 9 22 First Division 42 17 10 15 39–47 44 21.377
1981–1982 20 22 First Division 42 10 12 20 39–61 42 22.109
1982–1983 8 22 Second Division 42 13 21 8 51–46 60 15.994
1983–1984 10 22 Second Division 42 16 12 14 55–56 60 15.493
1984–1985 7 22 Second Division 42 19 12 11 66–43 69 15.161
1985–1986 14 22 Second Division 42 15 8 19 56–72 53 13.259
1986–1987 4 22 Second Division 42 19 11 12 58–44 68 17.612
1987–1988 7 23 Second Division 44 19 12 13 61–51 69 20.272
1988–1989 10 24 Second Division 46 17 16 13 59–50 67 21.811
1989–1990 1 24 Second Division 46 24 13 9 79–52 85 28.568
1990–1991 4 20 First Division 38 19 7 12 65–47 64 29.312
1991–1992 20 First Division 42 22 16 4 74–37 82 29.459
1992–1993 17 22 Premier League 42 12 15 15 57–62 51 29.250
1993–1994 5 22 Premier League 42 18 16 8 65–39 70 34.493
1994–1995 5 22 Premier League 42 20 13 9 59–38 73 32.925
1995–1996 13 22 Premier League 38 12 7 19 40–57 43 32.578
1996–1997 11 22 Premier League 38 11 13 14 28–38 46 32.109
1997–1998 5 20 Premier League 38 17 8 13 57–46 59 34.725
1998–1999 4 20 Premier League 38 18 13 7 62–34 67 35.773
1999–2000 3 20 Premier League 38 21 6 11 58–43 69 39.155
2000–2001 4 20 Premier League 38 20 8 10 64–43 68 38.974
2001–2002 5 20 Premier League 38 18 12 8 53–37 66 39.752
2002–2003 15 20 Premier League 38 14 5 19 58–57 47 39.120
2003–2004 19 20 Premier League 38 8 9 21 40–79 33 36.666
2004–2005 14 24 Championship 46 14 18 14 49–52 60 29.207
2005–2006 5 24 Championship 46 21 15 10 57–38 78 22.355
2006–2007 24 24 Championship 46 13 7 26 46–72 36[5] 21.613
2007–2008 5 24 League One 46 27 10 9 72–38 76[5] 26.546
2008–2009 4 24 League One 46 26 6 14 77–49 84 23.813
2009–2010 2 24 League One 46 25 11 10 77–44 86 24.818
2010–2011 7 24 Championship 46 19 15 12 81–70 72 27.299
2011–2012 14 24 Championship 46 17 10 19 65–68 61 23.283
2012–2013 13 24 Championship 46 17 10 19 57–66 61 21.572
2013–2014 15 24 Championship 46 16 9 21 59–67 57 25.088
2014–2015 15 24 Championship 46 15 11 20 50–61 56 24.052
2015–2016 13 24 Championship 46 14 17 15 50–58 59 22.446
2016-2017 7 24 Championship 46 22 9 15 61–47 75 27.698
2017-2018 13 24 Championship 46 17 9 20 59–64 60 31.521
2018-2019 3 24 Championship 46 25 8 13 73–50 83 34.033
2019-2020 1 24 Championship 46 28 9 9 77–35 93 27.643
2020-2021 9 20 Premier League 38 18 5 15 62-54 59 --
2021-2022 17 20 Premier League 38 9 11 18 42-79 48
2022-2023 19 20 Premier League 38 7 10 21 48-78 31
2023-2024 3 24 Championship 46 27 9 10 81–43 90 35.989
Zie Lijst van Europese wedstrijden van Leeds United AFC voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Leeds United speelt sinds 1965 in diverse Europese competities. Hieronder staan de competities en in welke seizoenen de club deelnam. De edities die Leeds heeft gewonnen zijn dik gedrukt:

1992/93, 2000/01
1969/70, 1974/75
-
1972/73
1971/72, 1973/74, 1979/80, 1995/96, 1998/99, 1999/00, 2001/02, 2002/03
1965/66, 1966/67, 1967/68, 1968/69, 1970/71

Bekende (oud-)Whites

[bewerken | brontekst bewerken]
Zie Lijst van spelers van Leeds United FC voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Zie Lijst van trainers van Leeds United FC voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Zie de categorie Leeds United F.C. van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.